De toekenning van de koopkrachtpremie moet vervat zijn in een cao op sectoraal vlak of op ondernemingsvlak of in een individuele schriftelijke overeenkomst.
De toekenning via een individuele schriftelijke overeenkomst is enkel mogelijk indien er geen vakbondsafvaardiging is of voor een personeelscategorie voor wie normaal geen cao wordt gesloten.
Indien toegekend via: |
Overeenkomst moet bevatten: |
Maximale bedrag premie: |
sectorale cao |
definitie van: - hoge winst in 2022 - uitzonderlijk hoge winst in 2022 |
hoge winst in 2022: 500 EUR
uitzonderlijk hoge winst in 2022: 750 EUR |
ondernemingscao |
verantwoording dat men onderneming is waar tijdens de crisis goede resultaten zijn behaald |
750 EUR |
individuele schriftelijke overeenkomst |
geen expliciete voorwaarden |
750 EUR |
In de RSZ-instructies lezen we dat een werkgever aan zijn werknemers op wie een sectorale cao van toepassing is, nog een supplement vrij van bijdragen kan toekennen. De gewone formele voorwaarden zijn van toepassing (d.w.z. opgenomen in een ondernemingscao of in een individuele schriftelijke overeenkomst). Alleszins kan alles samengenomen door een werkgever slechts een koopkrachtpremie worden toegekend voor maximum 750 euro per werknemer.
De koopkrachtpremie mag enkel uitgereikt worden vanaf 1 juni 2023 t.e.m. 31 december 2023.
De koopkrachtpremie kan gebruikt worden t.e.m. 31 december 2024.
De werkgever is op het bedrag van de premie wel een bijzondere RSZ-bijdrage van 16,5 % verschuldigd.
De premie is ook vrijgesteld van belastingen en kan door de werkgever (samen met de bijzondere bijdrage van 16,5 %) afgetrokken worden als beroepskost.
De bijzondere bijdrage en de fiscale gunstregeling staan ingeschreven in het hieronder vermelde wetsontwerp dat evenwel nog hangende is in De Kamer.
BRON: KB 23 april 2023 betreffende de koopkrachtpremie, BS 28 april 2023.
Tussentijdse RSZ-instructie 2023/1 (04/05/2023), www.socialsecurity.be
Wetsontwerp houdende maatregelen inzake het loonoverleg voor de periode 2023-2024, Kamer DOC 55, 3261/001.
Een tweede lezing van de wet van 20 maart 2023 die bepaalde opzeggingstermijnen verandert, leidt tot een verrassende conclusie. Ondertussen blijkt evenwel uit een recent advies van de NAR dat er een rechtzetting op til is waardoor de wet geen gevolgen meer zal hebben bij opzegging door de werkgever. Lees de aangepaste versie van de nieuwsbrief hier. |
Gebruik het zoekvenster bovenaan rechts om te zoeken in de vorige afleveringen(vanaf 1 januari 2018).
Klik hier voor de afleveringen van voor 1 januari 2018.